Celtis occidentalis – zwepenboom

Het is een boom met een onregelmatig groeiende kroonvorm. Hij is inheems is in midden en het oostelijk deel van USA. Sommige oude exemplaren zijn 20 tot 30 m hoog. Er zijn vaak meerstammige bomen te vinden met sterk afhangende twijgen. De stam is grillig en heeft veel inkepingen. Het blad is langwerpig rond, toegespitst en glanzend groen. Het voelt ruw aan. In het najaar verkleuren de bladeren goudgeel. De bladranden zijn scherp gezaagd. De kleine steenvruchten zijn purperzwart. Ze kunnen tijdens de winter aan de boom blijven hangen.

Van Celtis occidentalis

De schors is grijsbruin met onregelmatige kurklijsten.
De vruchten worden graag gegeten door diverse vogelsoorten.
De boom houdt het in vervuilde stadsluchten goed uit, en wordt om die reden dan ook wel daar aangeplant. Maar volwassen bomen worden daar op den duur vaak te groot voor. De boom wordt in Noord-Amerika ook wel aangeplant als terreingrens, voor schaduw, om erosie tegen te gaan of als windbreker.
Het hout wordt wel gebruikt voor goedkope meubelen, maar dient vooral als brandhout. Economisch is de boom niet van groot belang.