Thuja plicata – reuzenlevensboom

Thuja, een 6 soorten tellend geslacht van groenblijvende kleine struiken
tot grote bomen. De soorten die hoge bomen vormen hebben een
piramidale groeiwijze en afstaande takken. De vlakke schubvormige
naalden geven bij wrijven een sterke geur af. De hogere soorten worden
vaak gebruikt als haag of als solitair in park of tuin.

De kroon is smal kegelvormig met een spitse top en omhooggebogen takken. Later wordt de boom breder. De boomschors is roodachtig bruin en vezelig. Met het ouder worden wordt de schors grijsbruin en gaat een beetje loslaten.

De bladeren zijn stomp en schubachtig en zitten aan afgeplatte twijgen. De bovenzijde van de bladeren is helder- en glanzend groen, de onderzijde is bleker en witachtig.

Mannelijke kegels zijn geel en erg klein. Vrouwelijke kegels zijn leerachtig, eivormig en circa 1,5 cm lang. Elke kegel bestaat uit tien tot twaalf dunne, elkaar overlappende schubben die uitstaan als stekels.

Van Thuja Plicata